@livewireStyle
header.home link

Vraag van de maand: hoe houd je een appel- en perenboom uit elkaar?

Nu de Bloesemfeesten in Haspengouw gedaan zijn en de bomen stilaan hun bloemen verliezen, zitten we met een prangende vraag. Want we hebben afgelopen maand wel veel bomen in bloei gezien, maar hoe weet je nu of zo’n boom appels of peren zal krijgen? Of pruimen of kersen? We zochten het uit.
4 mei 2016  – Laatste update 4 april 2020 16:22
Beeld: Toerisme Limburg - Kristien Wintmolders

 

Nu de Bloesemfeesten in Haspengouw gedaan zijn en de bomen stilaan hun bloemen verliezen, zitten we met een prangende vraag. Want we hebben afgelopen maand wel veel bomen in bloei gezien, maar hoe weet je nu of zo’n boom appels of peren zal krijgen? Of pruimen of kersen? We zochten het uit.

 

Groeiwijze

In de natuur of in je tuin heeft de kruin van een appel- en perenboom een bepaalde vorm (groeiwijze). Appelbomen vormen horizontale takken waardoor hun kruin vooral in de breedte uitdijt, terwijl perenbomen typisch verticale takken ontwikkelen en hun kruin vooral in de hoogte groeit (soms spreekt men zelfs van een trechtervorm). Ezelbruggetje: je kan de groeiwijze van de bomen gemakkelijk vergelijken met de vorm van de vrucht. Een appel is bol en een peer is eerder smal (al zijn er natuurlijk uitzonderingen, maar daar gaat het hier niet om).

In een professionele boomgaard zal de vorm van de bomen minder uitgesproken zijn, omdat de fruitteler de bomen zo snoeit dat ze maximaal fruit produceren én die vruchten gemakkelijk geplukt kunnen worden. Maar toch kan je ook in zo’n boomgaard aan de inplanting van de takken op de stam zien met wat voor boom je te maken hebt:

  • Appelboom: de vruchttakken vormen een stompe hoek met de stam. Door het gewicht van de vruchten buigen ze naar beneden door en krijg je een soort parapluvorm. In plaats van verder naar beneden te groeien, vormen die doorbuigende takken vervolgens nieuwe uitlopers op hun hoogste punt.
     
  • Perenboom: de vruchttakken vormen een scherpe hoek met de stam (van 30° tot 75°). Ook hier kunnen de takken wat doorbuigen door het gewicht van de vruchten, maar die inplantingshoek blijft altijd scherp.

 

perenboom-blad.jpg

Beeld: perenboom, let op het donkere blad met gave bladrand

 

 

Bladeren

Ook de bladeren van appel- en perenbomen kan je mits een beetje kennis gemakkelijk uit elkaar houden:

  • Appelboom: zacht blad met licht getande bladrand, aan de onderkant licht behaard en met duidelijk zichtbare nerven.
     
  • Perenboom: donkergroen blad dat harder (niet behaard), smaller en scherper is dan dat van een appelboom. De nerven zijn ook minder goed zichtbaar en de bladrand is gaaf.

 

appelboom-blad-bis.jpg

Beeld: appelboom, let op de behaarde onderkant van het blad, de zichtbare nerven en de licht getande bladrand

 

 

Bloemen

Bijna zo gemakkelijk als de bomen identificeren wanneer ze vruchten dragen, is de bomen identificeren wanneer ze in bloei staan. Zowel het tijdstip van de bloei als de kleur van de bloesems zeggen iets: 

  • Appelboom: bloemen met een roze buitenzijde en een witte (meestal) of ook roze (soms) binnenzijde. Appelbomen bloeien later dan perenbomen, meer aan het einde van april.
     
  • Perenboom: volledig witte bloemen. Perenbomen bloeien redelijk vroeg in het voorjaar, aan het begin van april.

 

 

Kersen- of pruimenboom?

Ook een kersen- of pruimenboom kan je aan een aantal uiterlijke kenmerken gemakkelijk herkennen. De meest zichtbare zijn het tijdstip van de bloei, de kleur van de bloemen en de vorm van de kruin:

  • Pruimenboom: bloeit zeer vroeg in het voorjaar. Pruimenbomen vormen de eerste fruitbloesems, en die zijn altijd helemaal wit. Typisch is ook de trosvormige groepering van bloesems, en de dikke, lange vruchtentakken.
     
  • Kersenboom: bloeit na de pruimenboom en vaak ook na (of tegelijk met) de perenboom. De bloemen zijn meestal wit, maar kunnen ook roze zijn. Nog opvallend zijn de lange vruchtentakken.

 

peren-boomgaard-bis.jpg

Beeld: Mine Dalemans voor Melk & honing

 

 

Samengevat

  • Zijn de bloemen wit, verschijnen ze erg vroeg in het voorjaar (wanneer er nog geen andere bomen bloeien), zijn ze gegroepeerd in lange trossen en zijn de vruchtentakken lang en dik? Dan heb je te maken met een pruimenboom.
     
  • Zijn de bloemen wit, verschijnen ze redelijk vroeg in het voorjaar (begin april) en is de vorm van de boom langgerekt of trechtervormig (scherpe inplantingshoek)? Dan heb je te maken met een perenboom.
     
  • Zijn de bloemen wit of roze, verschijnen ze tegelijk met de bloesems van perenbomen of net erna, zijn ze gegroepeerd in schermen of trossen, en heeft de boom erg lange, openvallende takken? Dan heb je te maken met een kersenboom.
     
  • Hebben de bloemen een roze rand met een witte of roze binnenzijde, verschijnen ze redelijk laat in het voorjaar (eind april) en staan de takken bijna horizontaal op de stam ingeplant? Dan heb je te maken met een appelboom

Gerelateerde artikels