@livewireStyle
header.home link

Spermaliehoeve: Zo veel prikkels op dag 1 dat we de kinderen niet moeten bestoken met uitleg.

Op een tweetal kilometer van de kerk van Sint-Pieterskapelle bij Middelkerke, omringd door de poldervlakte, ligt de Spermaliehoeve, een prachtige vierkantshoeve die in 1920 volledig werd heropgebouwd na de verwoestingen van de Eerste Wereldoorlog. Sinds 1996 ontvangt Anne-Sophie er boerderijklassen en -kampen. Via vakantiejobs is Emma er ook stilletjes aan ingerold, en nu is ze voltijds aan de slag op de Spermaliehoeve. Anne-Sophies man Jo baat er het akkerbouwbedrijf uit van zo’n 70 hectare en 150 vleesstieren.
13 mei 2019  – Laatste update 4 april 2020 16:23

Op een tweetal kilometer van de kerk van Sint-Pieterskapelle bij Middelkerke, omringd door de poldervlakte, ligt de Spermaliehoeve, een prachtige vierkantshoeve die in 1920 volledig werd heropgebouwd na de verwoestingen van de Eerste Wereldoorlog. Sinds 1996 ontvangt Anne-Sophie er boerderijklassen en -kampen. Via vakantiejobs is Emma er ook stilletjes aan ingerold, en nu is ze voltijds aan de slag op de Spermaliehoeve. Anne-Sophies man Jo baat er het akkerbouwbedrijf uit van zo’n 70 hectare en 150 vleesstieren.

De rit hiernaartoe en het oprijden van jullie domein waren best wel indrukwekkend. Hoe reageren de kinderen als ze hier aankomen?

Anne-Sophie: Wij zijn het zelf wel gewoon, maar blijkbaar maakt het wel indruk, ja. We merken dat we de kinderen de eerste dag niet moeten bestoken met uitleg. Zeker bij de kinderen uit het Brusselse is de ervaring alleen al overweldigend genoeg. Hoewel er hier totaal geen drukte is, krijgen ze zó veel prikkels wanneer ze uit de bus stappen. Het zicht van de wei alleen al, waar ze zo ver kunnen lopen … Het is mooi om te zien wat de omgeving met hen doet. En hoe ze vervolgens geleidelijk aan tot rust komen in de natuur van de boerderij.

Je merkt dat ze zo’n omgeving niet gewoon zijn?

Anne-Sophie: Ja, absoluut. En we merken ook aan hun kennis dat hun voeling met het platteland en de landbouw afgenomen is. Vaak verrassen ze ons wel met iets dat ze weten, maar het gebeurt ook dat bijvoorbeeld het verschil tussen een koe en een stier niet meer gekend is. Of dat de melk bij een koe uit de uier komt. Vroeger hadden alle ouders met kleine kinderen van die prentenboekjes met boerderijdieren en zo, maar soms vragen we ons af of dat nog wel bestaat.
En ook de juffen leren vaak nog heel wat bij. Maar omdat we het zo belangrijk vinden, leggen we alles heel graag uit. En soms vinden we het eigenlijk wel grappig. Zo hebben we eens een juf gehad die in de stal kwam kijken, en heel serieus zei: “Oh, ik dacht dat ik de koeien hier op elkaar gestapeld zou zien. Nu ik weet dat dat niet zo is, ga ik weer vlees eten.”

Spermaliehoeve.jpgEmma: Dat gebrek aan kennis ligt spijtig genoeg vaak ook aan de basis van een negatief beeld over landbouw. Het gebeurt niet veel, maar soms hebben we wel eens een juf die heel negatief staat tegenover onze sector. Vaak gaat het dan om dierenwelzijn. Een kritische blik is nodig, maar veelal is het ingegeven door vooroordelen of zaken die ze opgepikt hebben uit de media of op sociale media. Dat negatieve beeld proberen we hier dan bij te stellen door correcte informatie te geven, door uit te leggen wat wij doen en waarom we iets doen, en door hen duidelijk te maken dat boeren ook graag hun dieren zien en er absoluut het beste mee voor hebben. Door hier enkele dagen te zijn, gaan ze dat meestal ook wel inzien.

Anne-Sophie: Wanneer we zo’n juf niet hebben kunnen overtuigen, dan vinden we dat echt wel jammer. En dan spookt dat wel nog een tijdje in ons hoofd. Vooral omdat we niet zouden willen dat de kinderen een negatief beeld krijgen van de landbouw, want het is zo’n mooie stiel.

Welke zaken proberen jullie nog mee te geven, naast de basiskennis?

Emma: Naast respectvol omgaan met dieren willen we hen zeker de herkomst van voeding meegeven. Mensen en zeker kinderen staan niet meer stil bij waar het eten vandaan komt. En nochtans is het zo belangrijk. Je kan niet gezond eten als je niet weet vanwaar het komt. We vinden het belangrijk dat ze, wanneer ze in de supermarkt staan, beseffen waar melk, bloem, vlees … vandaan komen. Wanneer we naar de herkomst van een voedingsmiddel vragen, dan krijgen we soms de gekste antwoorden. Dus maken we bijvoorbeeld donuts, en leren we hen dat dat gebeurt met de bloem die komt van de tarwe buiten op het veld. Of dan maken we choco met de melk die ze net daarvoor zijn gaan halen zijn op het melkveebedrijf hier vlakbij. Daar zijn ze dan wel van onder de indruk, en dan zijn ze ook extra trots.

Voelen alle kinderen zich hier op hun gemak?

Anne-Sophie: Toch wel. Op een zeldzame uitzondering na, natuurlijk. En leuk om te zien: kinderen die in de klas wat minder aan bod komen, kunnen hier vaak eens tonen wat ze kunnen en komen hier helemaal los. Of de soms moeilijkere kinderen zijn hier plots heel geboeid en stellen interessante vragen. En als er eens een boerenzoon bij is, dan is die heel fier, kan hij al eens zelf iets uitleggen en is hij een beetje de ster van de driedaagse. De juffen zeggen het ook dat ze hier de kinderen op een heel andere manier leren kennen.

Dus allemaal tevreden gezichtjes?

Emma: Zeker en vast. En ook bij ons. Want het is echt fijn om hen de realiteit van het boerenleven bij te brengen, en vooral om te merken dat ze enthousiast zijn en dat ze in die drie dagen zaken hebben geleerd die absoluut gaan blijven hangen.

 

Dit interview komt uit het Veldverkennersboekje 'Jong geleerd. Hoe laat je kinderen kennismaken met landbouw & voeding?', dat midden april 2019 verschenen is.

Copyright beelden: Philip Vanoutrive & Spermaliehoeve

Gerelateerde artikels