@livewireStyle
header.home link

Over eten anno 2017: liefst zo duurzaam mogelijk

Duurzaam consumeren zit in de lift. Anno 2017 staan we stil bij wat we eten en zoeken we naar labels die ons garanderen dat het voedsel op een dier- of milieuvriendelijke wijze geproduceerd werd, tegen een eerlijke prijs voor de land- en tuinbouwer.
9 maart 2017  – Laatste update 4 april 2020 16:23

Duurzaam consumeren zit in de lift. Dat blijkt dit jaar nog maar eens uit de populariteit van Dagen Zonder Vlees. Anno 2017 staan we stil bij wat we eten en zoeken we naar labels die ons garanderen dat het voedsel op een dier- of milieuvriendelijke wijze geproduceerd werd, tegen een eerlijke prijs voor de land- en tuinbouwer. Ook het Departement Landbouw en Visserij voelt de bui hangen, want ze spendeert een heel hoofdstuk aan het thema in haar nieuwste Landbouwrapport (LARA). Enkele feiten en cijfers.

 

Wat is duurzaam?

Duurzaamheid definiëren is een moeilijke opgave. Mensen verstaan er verschillende dingen onder. Meestal wordt alleen gedacht aan ecologische duurzaamheid. Maar er is ook het sociale (dier, mens, samenleving) en economische aspect. Een erwt met een kleine ecologische voetafdruk, geproduceerd door arbeiders die uitgebuit worden of een landbouwer die door de prijs van die erwt amper uit de kosten komt, is moeilijk duurzaam te noemen. In diezelfde context bleek uit onderzoek van Wageningen Universiteit onlangs nog dat een duurzaamheidstest niet altijd tot het verwachte resultaat leidt.  

In het LARA en het bijbehorende rapport ‘Dagelijkse kost, duurzame kost?’ wordt duurzaamheid als volgt gedefinieerd: ‘voedsel waarbij tijdens de productie en verwerking meer rekening is gehouden met milieu, dierenwelzijn en/of sociale aspecten dan wettelijk verplicht is’. Niet perfect - want is ‘meer dan wettelijk verplicht’ voldoende?, of is het wettelijke zelf dan niet genoeg? - maar een verdienstelijke poging. Een ‘pragmatische definitie’, zoals de auteurs zelfs aanhalen: eentje waarmee je voedingsproducten gemakkelijk in categorieën kan opdelen. 

 

Geen duurzaamheidsmonitor

In Vlaanderen wordt de consumptie van duurzame voeding vooralsnog niet gemonitord. Wel heeft het departement Landbouw en Visserij een poging ondernomen om enkele indicatoren op te lijsten. In het rapport ‘Dagelijkse kost, duurzame kost?’ verzamelt ze consumptiecijfers over biologische voeding, diervriendelijke eieren, duurzame vis, eerlijke handel, korte keten, vleesvervangers, melksubstituten, gezonde voeding en voedselverlies. Zo komt ze uiteindelijk tot de conclusie dat zo’n 5 procent van onze voedingsuitgaven duurzame voeding betreft.

 

peer-bis.jpg

 

Biologische voeding

De biologische land- en tuinbouw gaat per definitie verder dan de wettelijke eisen op vlak van milieu- en diervriendelijkheid. Volgens bovenstaande duurzaamheidsdefinitie is biologische voeding dus duurzaam. Het cijfermateriaal dat het departement verzamelde, wijst op een stijgend belang: de afgelopen 8 jaar zijn de bestedingen aan biologische voeding bijna verdubbeld. De sterkste groeiers zijn groenten en fruit en zuivel. Ondanks de groeiende vraag blijft het marktaandeel van bio vooralsnog klein. In 2015 bedroeg het 2 procent.

 

Diervriendelijke eieren

Er bestaat niet zoiets als een algemeen dierenwelzijnslabel in Vlaanderen (zoals in Nederland). Wel is er een verplichte stempelcode voor eieren (meer over die code lees je hier), waarbij het eerste cijfer verwijst naar het huisvestingssysteem. Dat cijfer wordt door het departement gebruikt als indicator voor dierenwelzijn:

  • 0 staat voor bio: maximaal 6 kippen per m². Overdag kunnen de kippen buiten, daar hebben ze meer ruimte ter beschikking (per kip 4 m²). De kippen krijgen biologisch voeder.
     
  • 1 staat voor vrije uitloop: maximaal 9 kippen per m². Overdag kunnen de kippen buiten op een begroeide uitloopvlakte. Daar is 4m² ruimte per kip.
     
  • 2 staat voor scharrel: maximaal 9 kippen per m² in een overdekte stal met strooisel op de grond. Er zijn zitstokken en legnesten voorzien.
     
  • 3 staat voor verrijkte kooi: een handvol kippen zit samen in een hok dat 750 cm² ruimte biedt per dier. Er is een zitstok en een nest.

 

De verrijkte kooi is momenteel in Europa het wettelijke minimum. Alles daarboven (scharrel, vrije uitloop en bio) is volgens het departement dus duurzamer. Uit de consumptiecijfers blijkt dit:

  • Verse kooieieren worden amper nog gekocht door de consument (4% in 2015). Ongetwijfeld heeft de beslissing van de supermarktketens om geen verse kooieieren meer aan te bieden, daar iets mee te maken.
     
  • We kopen vooral scharreleieren (69%), gevolgd door eieren van kippen met vrije uitloop (23%). Bio-eieren scoren veel minder goed (4%).
     
  • Ondanks het feit dat de consument vooral scharreleieren koopt, produceert de Vlaamse pluimveehouderij hoofdzakelijk kooieieren (63%). Die zijn vaak bestemd voor de voedingsindustrie (mayonaise, gebak, verse pasta, enz.). Al is er ook daar een trend naar meer vrije-uitloop- en scharreleieren merkbaar. Dierenrechtenorganisatie GAIA trekt die kar, en kon onder meer al Come a Casa, Devos Lemmens, Vandemoortele, Soubry, LU, McDonald’s, Leonidas en Pizza Hut overtuigen om kooieieren te bannen. 

 

eieren-gezichtjes-bis.jpg

 

Duurzame vis

Voor eieren is er de stempelcode, voor vis zijn er twee internationale labels: MSC voor duurzaam gevangen vis en ASC voor duurzaam gekweekte vis. De verkoop van MSC-vis in België stijgt volgens het departement geleidelijk. In 2015/2016 werd er al 7 keer meer ton MSC-vis verkocht dan in 2009/2010. En dat cijfer is een onderschatting, door de manier waarop MSC zijn statistieken berekent (bv de verkopen in Carrefour en Albert Heijn worden niet meegerekend). Ook de verkoop van ASC-vis neemt toe. Tussen 2013 en 2015 ging het om een verviervoudiging.

Het departement schat dat het marktaandeel van duurzame vis in België in de grootorde 20 tot 25 procent ligt, uitgedrukt in volume.

 

verse-vis-bis.jpg

 

Fairtrade

Voor het aspect duurzame handel kijkt het departement naar de verkoopcijfers van Fairtrade in België. Die vertonen een stijgende lijn, zowel in waarde als in volume. Tussen 2008 en 2014 is het volume verkochte Fairtrade-producten bijvoorbeeld gestegen met 63 procent. Vooral bananen, koffie en chocolade doen het goed. Het marktaandeel van Fairtrade-bananen bedraagt bijna 12 procent, dat van Fairtrade-koffie 3 procent en dat van Fairtrade-chocolade 1 procent.

 

fairtrade-banaan-bis.jpg

 

Minder dierlijke eiwitten

De consumptie van dierlijke eiwitten ligt onder vuur. Dat uit zich ook duidelijk in de consumptiecijfers voor vlees en melk:

  • De consumptie van zuivel (exclusief kaas) daalde de voorbije jaren met 7 procent, terwijl het verbruik van melksubstituten toenam met 23 procent.
     
  • De consumptie van vers vlees daalde met 17 procent. Tegelijkertijd steeg de consumptie van vleesvervangers met de helft.
     
  • De consumptie van vis, week- en schaaldieren nam af met 12 procent.
     
  • De consumptie van eieren, gevogelte en wild bleef stabiel.

 

bio-tofu-bis.jpg

 

Conclusie: duurzame voeding zit in de lift

Uit dit en enkele andere cijfers trekken de auteurs van het rapport ‘Dagelijkse kost, duurzame kost?’ enkele conclusies:

  • De vraag naar bio neemt toe, maar het marktaandeel blijft klein.
     
  • De consumptie van duurzame vis stijgt.
     
  • Fairtrade is een stabiele groeier.
     
  • De Vlaming consumeert minder vlees en melk en meer vleesvervangers en melksubstituten.

 

De kaap van 10 procent

In het rapport ‘Dagelijkse kost, duurzame kost?’ lezen we tot slot nog dat de introductie van trends in een stroomversnelling terecht komt wanneer een bepaalde kritieke massa van de bevolking ervan overtuigd is. Dat kantelpunt zou op 10 procent liggen. Gezien slechts 5 procent van onze voedselconsumptie vandaag duurzaam is, hebben we nog een weg af te leggen in Vlaanderen…

 

Over eten anno 2017: het nieuwe Landbouwrapport

De laatste editie van het LARA heeft als titel ‘Voedsel om over na te denken’. De auteurs staan onder meer stil bij enkele nieuwe trends in voeding, de impact van voeding op onze gezondheid en de evolutie van onze eetcultuur. Het is een interessant document, dat heel wat cijfers en weetjes bevat. De komende weken zullen we regelmatig een thema uit het boek bespreken.

Verscheen al in dezelfde reeks:

 

Bron: LARA 2016, ‘Dagelijkse kost, duurzame kost?
 

Gerelateerde artikels