@livewireStyle
header.home link

Een ode aan de peulvrucht

De Verenigde Naties (VN) heeft 2016 uitgeroepen tot Internationaal jaar van de Peulvrucht. Op die manier hoopt de organisatie het imago van peulvruchten wereldwijd te verbeteren. Waarom? En hoe ga je ermee aan de slag in de keuken?
8 januari 2016  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 16:22
Lees meer over:
Beeld: Global Pulse Confederation 

 

De Verenigde Naties (VN) heeft 2016 uitgeroepen tot Internationaal jaar van de Peulvrucht. Op die manier hoopt de organisatie het imago van peulvruchten wereldwijd te verbeteren, en wel om deze redenen:

  • Peulvruchten zijn gezond: ze zijn rijk aan eiwitten, vezels, vitaminen, mineralen en aminozuren, maar arm aan verzadigde en transvetten. Mensen die elke dag minstens een halve kop peulvruchten eten, hebben meer vezels, eiwitten, calcium, kalium, foliumzuur, zink, ijzer en magnesium binnen dan mensen die dat niet doen, maar minder verzadigde vetten. Een kop gekookte peulvruchten bevat bijvoorbeeld meer dan de helft van onze dagelijkse behoefte aan vezels, en wat het eiwitgehalte betreft scoren peulvruchten 2 tot 3 keer beter dan granen zoals tarwe, rijst, quinoa, haver en maïs. Hierdoor zorgen peulvruchten ervoor dat je langer een verzadigd gevoel hebt, houden ze het suikergehalte in je bloed onder controle, verlagen je bloedcholesterolgehalte en bevorderen de spijsvertering. Peulvruchten kunnen met andere woorden bijdragen aan de strijd tegen diabetes, overgewicht, hart- en vaatziekten en zelfs bepaalde kankers. Meer info vind je hier en hier
     
  • Hun teelt is milieu- en klimaatvriendelijk: vlinderbloemige gewassen, waarvan peulvruchten de eetbare zaden zijn, halen CO2 (een broeikasgas) uit de lucht en binden het als stikstof in de bodem. Hierdoor moeten ze niet bemest worden, wat hun teelt energie-extensief maakt. Daarenboven vragen vlinderbloemigen minder water dan andere eiwitrijke gewassen (de helft tot een tiende minder), en produceren ze tijdens hun groei en na hun oogst (gewasresten) een aantal stoffen die de bodemvruchtbaarheid bevorderen. Dit alles maakt hen ten slotte erg geschikt voor vruchtafwisseling, wat opnieuw de gezondheid van de bodem ten goede komt. Meer info vind je hier en hier 
     
  • Peulvruchten vormen een belangrijk element in de strijd tegen armoede en honger in ontwikkelingslanden: ze zijn een belangrijke bron van inkomsten en voedselzekerheid voor familiale boeren in ontwikkelingslanden, meer bepaald in Latijns-Amerika, Afrika en Azië. Zo’n 70 procent van de totale productie situeert zich in ontwikkelingslanden – ondanks de lagere productiviteit in vergelijking met bijvoorbeeld de Verenigde Staten (VS) en Canada. Daarenboven zijn ze goedkoop, wat peulvruchten een meer democratische eiwitbron maakt dan bijvoorbeeld vlees. Meer info vind je hier.
 

Door consumenten wereldwijd bewust te maken van de gezondheidsvoordelen van het eten van peulvruchten, en bedrijven en overheden te sensibiliseren over het belang van onderzoek naar en investeringen in de teelt van peulvruchten, hoopt de VN de consumptie én productie van peulvruchten te bevorderen. Samenvattend doet zij dat om mensen gezonder te maken, de klimaatverandering af te remmen, de bodemvruchtbaarheid te verbeteren, de levensstandaard van kwetsbare (boeren)gezinnen in het Zuiden te verhogen en een antwoord te bieden op de vraag hoe de wereld de groeiende bevolking op een duurzame manier kan blijven voeden. Kortom: om bijna alle grote wereldvragen op te lossen. En dat met zo’n klein ding als een boon of een erwt ;).

 

peulvrucht3-tris.jpg

Beeld: Global Pulse Confederation 

 

 

Allemaal bonen

Er bestaan een honderdtal soorten peulvruchten, die geteeld worden in 173 verschillende landen. De meest bekende soorten bij ons zijn droge bonen, erwten, kikkererwten en linzen. Verder erkent de Wereldvoedselorganisatie FAO nog 7 categorieën: zwartogenbonen, tuinbonen, duivenbonen, Bambara bonen, lupine, wikke en pulses nes (heel kleine bonen). De belangrijkste producerende landen (2015) zijn Indië, Canada, Myanmar, China, Nigeria, Brazilië, Australië, de VS, Rusland en Tanzania. Verder zijn ook Argentinië, Frankrijk, Ethiopië en Turkije belangrijke exporteurs.

In België wordt zo’n 4.520 ton peulvruchten geteeld (2013). 2.000 hectare daarvan is bestemd voor de veevoedersector en 14.100 hectare voor menselijke consumptie – groene erwten en bonen voor de diepvriesindustrie. Dat maakt België een kleine producent, maar zeker niet de kleinste. Peulvruchten zijn hier met andere woorden geen hoofdteelt, maar ook geen nicheteelt.

Tip: Geïnteresseerd in wat de telers van peulvruchten zelf te vertellen hebben? De VN verzamelde 11 getuigenissen van boeren wereldwijd. Je kan alle filmpjes hier bekijken (scrol naar de wereldkaart beneden en klik op het tabblad Meet the farmers.)

 

teelt-peulvrucht-tris.jpg

Beeld: Global Pulse Confederation 

 

 

Aan de slag in de keuken

Belgen zijn geen grote boneneters – Nederlanders of Britten bijvoorbeeld doen het veel beter. Nochtans zijn peulvruchten lekker én gemakkelijk te bereiden – in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt. Zo heb je natuurlijk gedroogde bonen die eerst nog gekookt moeten worden, maar ook bonen in blik of conserven die klaar zijn voor gebruik. Die worden gewoon verkocht in de supermarkt, bij de andere groenteconserven. Dus je moet er niet voor naar de natuurwinkel.

Wil je toch liever werken met droge bonen (bij conservering is er wat smaakverlies), dan is het belangrijk te weten of je ze moet laten weken in water of niet. Droge bonen en kikkererwten moeten bijvoorbeeld weken, linzen en spliterwten niet.

Zo ga je tewerk:

  • Verwijder verschrompelde of gebroken bonen en spoel de goede af onder koud, stromend water.
     
  • Als de bonen geweekt moeten worden (anders kan je deze stap overslaan): Voeg ze toe aan een diepe kom of pot met water (ze moeten allemaal bedekt zijn) en laat ze 8 tot 10 uur weken. Giet daarna het weekvocht weg en spoel de bonen opnieuw af onder koud, stromend water.
     
  • Breng een ruime pot met water aan de kook. Zorg ervoor dat de pot zeker groot genoeg is, want tijdens het koken nemen de bonen twee tot drie keer in omvang toe. Voeg de bonen toe als het water kookt en zet het vuur daarna lager, zodat de bonen zachtjes sudderen. (Als je ze kookt op te hoge temperatuur, zullen ze open breken). Sluit de pot af met een deksel.
     
  • De bonen zijn gaar als ze zacht aanvoelen, niet meer rauw smaken en gemakkelijk door te bijten zijn. De kooktijd varieert, dus volg steeds de instructies op de verpakking.
 

Tip: kook meer dan een portie per keer en vries de bonen daarna per 250 of 500 ml in. Zo heb je altijd een portie voorhanden in de diepvries, als het snel moet gaan.


Peulvruchten zijn lekker in soep, stoofpotjes, curries, falafel of hummus, maar kunnen ook perfect toegevoegd worden aan het ontbijt, dranken, gebak of snacks. Op de campagnewebsite www.pulses.org vind je een grote variatie aan recepten. Dit, bijvoorbeeld:

 

Geroosterde kikkererwten (snack)

Dit heb je nodig:

  • 2 blikken kikkererwten (540 ml), afgespoeld
  • 45 ml koolzaadolie
  • ¼ kop kruiden, naar smaak (bijvoorbeeld curry, look)
 

Zo maak je het klaar:

  • Verwarm de oven voor op 200°C. Droog de kikkererwten af met keukenpapier en meng ze met de kruiden en olie in een kom.
     
  • Spreid de kikkererwten over een ovenplaat met bakpapier, laat ze gedurende 30 minuten in de oven roosteren en roer om. Laat ze opnieuw 20 minuten roosteren, terwijl je ze elke 5 minuten omroert.
     
  • Laat volledig afkoelen en bewaar in een luchtdichte pot.
 

Smakelijk!

 

peulvrucht2-tris.jpg

Beeld: Global Pulse Confederation 

 

 

Lees ook ons artikel ‘Tip: de peulenparade - 11 weetjes over bonen’. 


Meer info: www.pulses.org en ipy2016.org

 

Gerelateerde artikels