@livewireStyle
header.home link

Lentekriebels: wat kan je nu al doen in de tuin?

Afgelopen weekend doken ongetwijfeld tal van mensen in hun tuin. Het was koud maar droog en de zon was paraat. Heerlijk! Dit weekend zou het weer gelijkaardig zijn. Het ideale moment voor de lenteschoonmaak, de eerste maaibeurt, snoeiwerken, enzovoort. Enkele richtlijnen om in acht te nemen.
15 maart 2016  – Laatste update 4 april 2020 16:22
Lees meer over:
Beeld: Kruemel 2111 - photocase.com

 

Afgelopen weekend doken ongetwijfeld tal van mensen in hun tuin. Het was koud maar droog en de zon was paraat. Heerlijk! Dit weekend zou het weer gelijkaardig zijn. Het ideale moment voor de lenteschoonmaak, de eerste maaibeurt, snoeiwerken, enzovoort. Enkele richtlijnen om in acht te nemen.

 

Gazon: een eerste keer maaien, bemesten en kale plekken verzorgen

  • Bij de eerste maaibeurt van het jaar zet je de grasmachine niet te kort. Lang gras maai je immers best in twee keer: eerst maai je de topjes eraf en twee dagen later maai je opnieuw, dit keer tot de normale lengte.
     
  • Een gazon die goed gevoed is, heeft minder last van mos, droogte en kale plekken. Bemesten is dus belangrijk, maar overdrijf niet. Bemest één keer, nu in maart, en respecteer de aanbevolen hoeveelheid op de verpakking. Wordt je gazon heel vaak betreden (speelgazon)? Herhaal de behandeling dan eventueel nog eens in juni en september.
     
  • Kies voor organische meststoffen, die zijn liever voor het milieu en voeden je gazon ook meer geleidelijk.
     
  • Probeer te bemesten vlak voor een regenbui, zo waait er niets weg. Hetzelfde geldt voor bekalking.
     
  • Bekalken mag trouwens geen standaard behandeling zijn. Doe het alleen wanneer je grond het nodig heeft, en dat kan je alleen weten wanneer je een bodemanalyse laat uitvoeren. Heeft je grond inderdaad kalk nodig? Strooi dan minstens twee weken voor de mestbeurt.
     
  • Wacht een week met maaien na de bemesting.
     
  • Behandel kale plekken door de bovenste grondlaag los te harken, eventuele putten op te vullen, een laag bodemverbeteraar toe te voegen en er gazon(herstel)zaad overheen te strooien. Wees niet te zuinig met zaad en strooi ook een stukje over de randen heen, zodat je geen vreemde overgangen tussen oud en nieuw gras krijgt. Bedek het zaad opnieuw met een laagje bodemverbeteraar of compost, druk aan een geef water. Blijf bevochtigen tot het zaad kiemt. Na een maand moeten de plekken dichtgegroeid zijn.
     
  • Heb je veel last van mos? Overweeg dan een verticuteerbeurt. Dat stimuleert het gras om dieper te wortelen, waardoor onkruid en mos minder kans krijgen.
     
  • Eerste keer gemaaid en bemest? Maai dan vanaf nu elke 10 dagen, zo blijft je gazon in goede conditie. Vanaf mei maai je (minstens) elke week, tot augustus. Daarna kan je terug overschakelen op een maaibeurt elke 10 dagen, tot het te nat of te koud wordt.
     
  • Maai je gazon ten slotte nooit te kort, want dat trekt mos aan.

 

gazon-bis.jpg

Beeld: unsplash

 

 

Siertuin: opruimen, bemesten, zaaien en planten

  • Maart is een goede maand voor de lenteschoonmaak in je siertuin: verwijder afgestorven plantendelen en onkruid, snoei planten die dat nodig hebben (bv. Clematis, Hortensia, siergrassen, sierheesters, rozen,…) en bemest.
     
  • Alles kan nog worden aangeplant of verplant, ook bomen, een haag en bladverliezende struiken. Kies wel voor kluit- of potplanten in plaats van plantgoed met blote wortel. Maak steeds de kluit los voor het planten en zet een kwartier in water. Bloembollen kunnen weldra de grond in, dus denk al eens na over een geschikt plaatsje. 
     
  • Leg een bloemenweide aan (dat kan tot juni). Dat bespaart je een hele hoop wiedwerk (minder onkruid), kan zelfs de bodem verbeteren (doorworteling en organische stof), is mooi om naar te kijken en trekt bijen en/of vlinders aan. Kies voor een interessant bloemen of bloemen-grasmengsel, en zaai het uit op een standplaats in volle zon. De bodem mag er niet te zwaar of voedzaam zijn, en moet als volgt worden voorbereid: omspitten of frezen, stenen en wortelstokken verwijderen en effen leggen. Na het zaaien hark je de bovengrond lichtjes in, zodat de zaden beter kunnen kiemen en de vogels er minder van kunnen opeten.
     
  • Leg een border aan. Kies daarbij voor heesters, bloemen, bladplanten, bodembedekkers, grassen, enzovoort, in contrasterende dan wel harmonieuze kleuren en verschillende, interessante blad- en boeivormen. Combineer in grote groepen met hier en daar een uitschieter, zodat het geen rommeltje wordt. Denk goed na over je plantenkeuze en besef dat een border aanleggen een werk is van enkele jaren. Vaste planten hebben immers twee tot drie jaar nodig om volgroeid te zijn. Om onvolgroeide plekken tijdens die vervelende wachtperiode te vermijden, kan je werken met eenjarigen, die je in de herfst weer verwijdert. Zo hinderen ze je vaste planten niet in hun ontwikkeling.
     
  • Laat je niet vangen door slakken, want ze zijn al in grote getalen gesignaleerd. Plaats slakkenvallen en creëer een schuilplaats voor padden en egels, de natuurlijke vijanden van slakken. Focus je trouwens niet op huisjesslakken maar op naaktslakken, zij zijn de echte boosdoeners. Helaas laten ze zich meestal overdag niet zien, tenzij tijdens een regenbui. Tips om slakken te bestrijden vind je in ons artikel 'Tip: 10 trucjes voor een slakvrije tuin'.
 

bloemen-tuin-bis.jpg

Beeld: unsplash

 

 

Moes- en fruittuin: beschermen tegen nachtvorst, voorbereiden, zaaien en snoeien

  • Verschillende groenten kunnen gezaaid (of geplant) worden, zoals prei, tuinboon, spinazie, raapjes, tuinkers en ajuin. Raadpleeg steeds een goede zaai- en plantkalender, zoals die van Velt, voor je aan de slag gaat. Bewerk de bodem van je moestuin zo’n twee weken voor je plant en zaait. Bekalk en bemest waar nodig - laat daarvoor regelmatig je bodem analyseren. Meer over het nut daarvan lees je in onze artikels 'Tuintip: laat je bodem analyseren' en '10 bodemgeboden die elke tuinier moet kennen'.
     
  • Leg een kruidentuin aan in volle zon. Kies voor bieslook, dille, dragon, kervel en salie voor een voedselrijke bodem.
     
  • Verwijder isolerend materiaal en vliesdoek niet te snel, want het kan nog (stevig) vriezen ’s nachts.
     
  • Heb je je fruitbomen nog niet gesnoeid? Doe het dan nu. Beter laat gesnoeid, dan niet gesnoeid. Ook planten is nog mogelijk, maar kies voor kluit- of potplanten in plaats van plantgoed met blote wortel.
     
  • Snoei en bemest ook je kleinfruit: bessenstruiken, frambozen en aardbeien. Controleer op ziekten en plagen en verwijder wat aangetast is.
     
  • Hang oorwormpotten in je fruitbomen en -haag. Ze ruimen luizen op.

 

kiemen-bis.jpg

Beeld: unsplash

 

 

Kamerplanten: zet ze buiten!

  • Februari is geen lieve maand voor kamerplanten. De dagen zijn te kort en de lucht te droog. Op een zonnige dag in maart doe je ze dan ook een groot plezier door ze eens buiten te zetten. Maak van de gelegenheid gebruik om oud blad te verwijderen, terug te knippen en eventueel te verpotten.
     
  • Begin ook terug met voeding geven. Dat kan met een traagwerkende meststof, zodat je de hele zomer alleen water moet geven. Kies je voor een andere meststof, voed je plant dan om de drie weken.

 

kamerplant-bis.jpg

Beeld: unsplash

 

 

Tip: bekijk ook onze infografiek 'grondplan voor je eigen geur-, eet- en kijktuin'.

 

Bronnen: tuinadvies.be, groenvanbijons.be, velt.be, magazine Tuinhier (januari-februari 2016) 

Gerelateerde artikels